In 1891 werd dit open paardentramrijtuig met het nummer 16 voor de Stichtsche Tramway Maatschappij (STM) gebouwd. Dit rijtuig deed dienst op de interlokale paardentramlijn vanuit het Centraal Station Utrecht via de Voorstraat en de Biltstraat, door het dorp De Bilt naar het dorp Zeist. Het Maliebaanstation, waar het huidige Spoorwegmuseum in is gevestigd, verloor toendertijd veel reizigers aan de paardentram. Veel reizigers die vanuit of naar Hilversum reisden, stapten op halte Biltstraat over. Het Maliebaanstation lag een stukje verder en gaf een slechtere aansluiting naar de Utrechtse binnenstad. Dit speelde een belangrijke rol in de ondergang van het Maliebaanstation.

Vanaf 1909 werden de paarden vervangen door elektrische trams en werd rijtuig 16 als aanhangrijtuig achter de elektrische trams gebruikt. Het rijtuig werd voornamelijk alleen in de zomer ingezet, omdat het een open rijtuig is. Het rijtuig heeft tot in 1946 dienstgedaan. Daarna nam het Spoorwegmuseum het rijtuig op in haar collectie.

De STM 16 is het oudste bewaarde voertuig dat gebruikt werd op de interlokale paardentramlijnen in Nederland.