De extra treinen rijden al vanaf de startdatum met twee locomotieven. De Intercity direct treinen die doorrijden naar Breda hadden tot nu toe nog geen extra locomotief.

Afgelopen weekend zijn hiervoor 10 treinen omgebouwd. Hier maakte NS van de nood een deugd: de ombouw was mogelijk door een buitendienststelling rond Schiphol, waardoor hier beperkt treinverkeer mogelijk was. Zo konden we alle treinen in één keer ombouwen.

Deze extra locomotief heeft een aantal voordelen: De trein kan makkelijker omkeren op het eindstation omdat de locomotief niet elke keer hoeft te worden omgereden. Er zijn niet meer na elke rit rangeerders en extra machinisten nodig om dit te doen. De trein moest hiervoor steeds naar het rangeerterrein – nu hoeft dat niet meer.

Als één van de locomotieven onderweg defect raakt, kan de trein alsnog op eigen kracht verder. Ook bij een storing op de HSL kan de trein makkelijker omkeren, waardoor IC direct treinen minder snel worden opgeheven; ze kunnen nu gaan pendelen tussen stations waar nog wel gereden kan worden. Zo was er maandag gewoon nog elk kwartier een trein tussen Rotterdam en Breda terwijl er verderop een storing was.

Alle Intercity direct treinen zijn nu technisch identiek wat het beheer een stuk simpeler maakt.

Uiteindelijk rijden alle NS-treinen op de HSL in sandwich-samenstelling; nu dus Intercity direct en straks ook Intercity Brussel en de Intercity Den Haag – Eindhoven. Deze laatste zal rijden met negen rijtuigen in plaats van met zes zoals Intercity direct.

Het rijden met twee locomotieven is één van de maatregelen die NS begin dit jaar aankondigde om de betrouwbaarheid van de treinen op de HSL te verbeteren. Intercity direct heeft nog steeds teveel last van vertraging en uitval. 

Bekijk hieronder twee reportage die wij al eerder over de TRAXX-locomotieven hebben gemaakt.